Op de kop af zestig jaar geleden moesten twee marineduikers ‘even snel’ een wapen opduiken in de haven bij marinebasis Parera. Beiden kwamen echter niet meer levend aan de oppervlakte. Op de Militaire Begraafplaats aan de Roodeweg in Willemstad herdacht de Defensie Duikgroep (DDG) vandaag dit tragische ongeval met een kranslegging en toespraak.
Het waren de 29-jarige kwartiermeester en duiker Herman Burger en de pas achttienjarige matroos, kok en hulpduiker Gerrit ten Donkelaar die 30 april 1963 het leven lieten tijdens hun werk.
“Iedere derde donderdag in november herdenkt de DDG in Den Helder hen en nog drie andere marineduikers die sinds 1963 omkwamen tijdens hun werk”, vertelt Sander Kool, commandant van de DDG. “Nu we op het eiland zijn vanwege de duikoefening, het precies zestig jaar geleden is dat Herman en Gerrit sneuvelden en zij als enigen van de vijf hier op Curaçao liggen begraven, noemen we hier nu graag hun namen.”
Een noodlottig ongeval
Op Koninginnedag, 30 april 1963, maken de bewoners in het Caribisch gebied zich op voor de aubade van schoolkinderen en de militaire parade door de troepen van het Commandement der Zeemacht in de Nederlandse Antillen.
De bemanning van Hr.Ms. Rotterdam heeft haar uitzending op de Nederlandse Antillen er bijna op zitten. Als laatste ceremoniële inzet neemt een gedeelte van de bemanning nog deel aan een parade door het centrum van Willemstad. Als op een moment van onachtzaamheid een geweer overboord valt, moeten de kwartiermeester en de hulpduiker deze even snel boven water halen.
Maar die zoekactie eindigt in tragedie. Men was vergeten de waterinnamepomp uit te zetten. Gerrit is door de zuigkracht in het rooster van de innamebuis gezogen. Herman wilde Gerrit vermoedelijk helpen en dat is hem fataal geworden. Als herinnering aan het belang van veiligheid op de werkplek is een herdenking volgens commandant Kool belangrijk. “Als bewustwording. Als eerbied voor de bijdrage en het grote offer dat zij brachten, en als respect richting de nabestaanden.”